Waarom vervolgt de Dalai Lama Shoegdenbeoefenaars?

Lodewijk de 14e
door Martin Albeck

Lodewijk de 14e, de Zonnekoning, en absolute heerser van Frankrijk, zei in zijn beroemde uitspraak: “L’Etat, c’est moi.” (De staat, dat ben ik.)

Ik moest hieraan denken tijdens het lezen van de drie redenen die de Dalai Lama, de zogenaamde God Koning en absolute heerser van Tibet (en nu van de Tibetanen in ballingschap), heeft gegeven voor het verbieden van de beoefening van Dorje Shoegden:
1.
Het schaadt zijn leven
2.
het schaadt het Tibetaanse volk
3. Het schaadt de
Tibetaanse onafhankelijkheid.

Hoe dit het geval is, is nooit voldoende duidelijk gemaakt. En onder zijn volk hoeft hij dat niet duidelijk te maken.Tenslotte is hij de hoogste geestelijke autoriteit, toch? Hij moet het wel weten. En voor het geval dat je het niet met hem eens bent, wel dan eindig je uitgestoten uit de Tibetaanse samenleving.

Als we pauzeren om het een ​​beetje grondiger te onderzoeken dan is het duidelijk dat er twee voornaamste redenen achter het verbod zijn, beide zeer politieke en beide buitengewoon zelfzuchtig.

1. Versterking van zijn eigen macht
2.
Het creëren van een zondebok om de tekortkomingen van zijn regering in ballingschap weg te redeneren.

1. In het kielzog van de Chinese overname van Tibet en de oprichting van de enorme gemeenschap in ballingschap is het duidelijk dat de Dalai Lama vond dat eenheid onder de Tibetanen essentieel was en dat hij de man voor deze taak was. Hij had al de absolute politieke macht, maar spiritueel, en dus sociaal, waren er vier verschillende scholen van het Tibetaans boeddhisme. De Dalai Lama, normaal gesproken beschouwd als een lid van de Gelugpa-overleveringslijn, verreweg de grootste, begon les te geven op basis van alle vier overleveringslijnen. Dit kan gemakkelijk worden gezien als een geweldige niet-sektarische benadering, behalve dat gaandeweg duidelijk werd dat de Dalai Lama een nieuwe overleveringslijn aan het creëren was uit deze vermenging van de vier scholen, en dat hij in feite aan het proberen was om al deze scholen onder zich te verenigen.

Een groot probleem voor hem was dat er een groot contingent onder de Gelugpa’s was die geen interesse had zijn leiding te volgen en om hun eigen overleveringslijn op te geven en zich aan te sluiten bij die van hem. Deze Gelugpa’s, de Dorje Shoegdenbeoefenaars, willen alleen hun eigen overleveringslijn zuiver beoefenen en deze niet vermengen met de andere scholen.

Het was relatief gemakkelijk voor de Dalai Lama om de Shoegdenbeoefenaars af te schilderen als sektarisch maar niets kan verder van de waarheid zijn. Shoegdenbeoefenaars geloven dat alle vier de scholen volledige paden naar verlichting onderwijzen en dat iedereen de vrijheid zou moeten hebben om de overleveringslijn van hun keuze te beoefenen zonder deze  te moeten vermengen. Natuurlijk, als mensen de overleveringslijnen willen vermengen moeten ze ook de vrijheid hebben om dat te doen. Door zijn zienswijze op te leggen aan anderen is het eigenlijk de Dalai Lama die sektarisch is.

De Dalai Lama, na zich te hebben vereenzelvigd met zowel het Tibetaanse volk als de Tibetaanse zaak, vond dat de weerstand van Shoegdenbeoefenaars nadelig was voor zijn eenwordingsplan. Door de oefening te verbieden, schepte de Dalai Lama grote wanorde in de hele Gelugpa-overleveringslijn. Doordat het verbod werd afgedwongen met uitzettingen, sociale afwijzing, zelfs geweld, verloren de Shoegdenbeoefenaars hun status in de Tibetaanse samenleving en kon de Dalai Lama doorgaan met zijn plannen zonder tegenstand. Het verbod verhoogde ook zijn aanzien onder de andere tradities die blij waren om te zien dat de Gelugpa’s verzwakt waren.

Hoewel de Dalai Lama blij is om tijdens zijn spreekbeurten over de hele wereld ‘eenheid in verscheidenheid’ te bevorderen - een concept waarmee Shoegdenbeoefenaars het van harte eens zijn - is het thuis een andere zaak. Daar is het ‘eenheid door conformeren’. Dus in feite heeft het verbod de positie van de Dalai Lama als het enige spirituele hoofd van de Tibetaanse gemeenschap versterkt, in een mate die voorheen ongekend was!

2. De tweede duidelijk zelfzuchtige reden achter het verbod is dat de Dalai Lama een zondebok nodig had om de vele mislukkingen van zijn regering in ballingschap weg te redeneren. Waarom zijn de Tibetanen niet in staat geweest hun onafhankelijkheid terug te winnen? Volgens de Dalai Lama komt dit door de Dorje Shoegdenbeoefenaars. Blijkbaar heeft deze zogenaamde ‘boze geest’ de macht om de Tibetaanse zaak te ondermijnen evenals het leven van de Dalai Lama te schaden. Dit betekent dat Dorje Shoegden beoefenen komt neer op verraad! Een zondebok aanwijzen is natuurlijk een aloud instrument van dictators. Deze manier van zondebok aanwijzen is duidelijk transparant en volmaakt middeleeuws. De schuld geven aan een boze geest voor je nationale problemen en vervolgens Shoegdenbeoefenaars te maken tot staatsvijanden … het is verbazingwekkend dat deze zogenaamde man van de rede ermee weg komt.

Om samen te vatten … het verbieden van Dorje Shoegden heeft zijn eigen macht binnen de Tibetaanse gemeenschap vergroot tot een ​​ongekend niveau, en heeft hem in staat gesteld om kritiek op de tekortkomingen van zijn regering te ontsnappen. Wie heeft hiervan geprofiteerd? Het Tibetaanse volk. Nee. De Tibetaanse zaak. Duidelijk niet. Slechts een persoon. De Dalai Lama zelf.